05


          Overmorgen zou al gauw volgende week worden, want ik wou niet dat Angelo bij zijn allereerste bezoek aan 'notre petit château' op al die troep zou botsen binnen en buiten. Ik was bovendien nooit een ploegspeler geweest en klaarde mijn klussen liever alleen. Dus trok ik 's anderendaags naar zijn appartement in de duinen om hem mee te delen dat ik beter eerst zijn tekst kon lezen. Daarna konden we twee vliegen in een klap slaan: zijn manuscript bespreken en samen de rommel buiten opruimen. Hij was enthousiast over mijn voorstel en gaf me zijn eerste hoofdstuk mee.

'Notre petit château'. Mijn ex had de naam bedacht. In het Frans, jawel. Toen Ibiza nog niet in haar, in ons leven was gekomen...
Nee, de lectuur van Angelo's tekst kon wachten. Eerst zou ik, nog voor Ciara helemaal was uitgeraasd, de afgerukte weggewaaide plastic golfplaten bijeenzoeken en wegbrengen naar een van de afvalbergingen van de camping. Ik zou lieve woordjes moeten spreken met de uitbater want zelf had ik geen transport naar het containerpark. Binnen ben ik dan, bij gebrek aan een vrouwenhand, tot gisteren in de weer geweest om de boel van een vieze oude vrijgezel zo goed en zo kwaad mogelijk aan de kant te krijgen. Toch was het niet zozeer door Angelo's bezoek op zich dat ik het benauwd kreeg dan wel omwille van de onduidelijkheid over wat hij precies verwachtte uit de mond van zijn proeflezer.

          Angelo was er stipt om 14u. Of hij het gemakkelijk had gevonden, vroeg ik hem. Jawel, maar hij had niet vermoed dat het domein zo groot zou zijn. Of hij zich misschien van dag had vergist, vroeg hij op zijn beurt, wijzend naar het opgeruimde prieeltje naast de caravan.
'Ik heb hulp gekregen van een buur hier', loog ik. Ik nodigde hem om binnen te komen.
Angelo was verbaasd over de ruimte. Veel groter dan verwacht, zei hij. Ik begreep het als een verzoek tot een rondleiding. Ik troonde hem mee door de verschillende vertrekken van mijn verkommerde kasteeltje. Onderwijl gaf ik ongevraagd uitleg over de herstellingswerken die nog stonden te gebeuren. Om tijd te winnen, om de aandacht af te leiden want ik was toch zo nerveus, alsof ik naar het mondelinge examen moest. En dat op mijn leeftijd! Ridicuul.

Ik schonk koffie in, zocht naar een manier om de controle over de situatie nog niet meteen uit handen te geven. 'En, nog veel geschreven?'
'Nee. Om eerlijk te zijn Honoré, het schoof de laatste dagen voor geen meter. Ik die zo veel ideeën had. Eigenlijk keek ik er naar uit om eens iets anders te doen en hier zoals afgesproken de handen uit de mouwen te mogen steken, maar jij...'
'Sorry dat het anders is gelopen dan afgesproken.''
'Grapje. Vertel eens, toch niet in slaap gevallen tijdens de lectuur?' Hij wees naar het stapeltje papier met de uitgetikte tekst die aanvangt met die vreemde zin: 'En óf hij er zin in had'.
Ik kon maar best beginnen met de loftrompet te steken. 'Weet je, Angelo, het was net of ik terug in ons dorp aan het rondlopen was, in onze kindertijd, met al die details: de straten, de vitrines, café Prins Albert, het veld van F.C. Excelcior... Het leek wel alsof je tijdens het schrijven naar oude foto's aan het kijken was.'
'Ja, ik werk graag met beelden, maar die zitten hier, in mijn bovenkamer.' Hij tikte tegen zijn hoofd. 'Je gelooft niet hoe blij ik ben dat je dat van die beelden apprecieert. Het geeft me moed om verder te schrijven.'
Zijn reactie maakte ook mij een ogenblik gelukkig, maar wat kon ik nog meer zeggen? Misschien iets over zijn stijl, dat hij soms erg grappig uit de hoek kan komen. 'Je vertelt over de mensen hun miserie met een lach en een traan, maar soms is het... ik kan het juiste woord niet vinden.'
'... te sarcastisch? Dat is zo bedoeld, om de aandacht van de lezer vast te houden. Of vind je dat ik overdrijf?'
'Nee nee, het was een persoonlijke eerste indruk, maar wie ben ik?' Ik had dat niet slecht geformuleerd, vond ik van mezelf. Ik voelde me rustiger worden.
'En het verhaal zelf? Is het goed te volgen, spannend genoeg? Wat vind je van die Gentil? Komt hij voldoende uit de verf?'
Voor die vraag was ik het meest bevreesd geweest want hij zou doorvragen, niet tevreden zijn met een vaag antwoord. Dat mondelinge examen.
'Ja ja, die Gentil, dat is geen simpele. En dan te weten dat zoiets echt bestaat hé.' Zoals mijn ex, die ook een hele tijd naast de pot heeft gepist. In het geval van een vrouw zullen ze dat wel anders omschrijven, dacht ik. Ik zag er ook niet meteen een gepast beeld bij.
'En wat vind je van de andere personages, de karaktertekening?'
Personages? Het waren er veel teveel, onmogelijk uit elkaar te houden. 'Goed ... erg geloofwaardig ... je hebt het, echt waar.' Ik vond geen woorden meer. En nu vooral niet polsen naar Kareltje, wanneer die nu eindelijk een nuttige bijdrage zou gaan leveren aan het verdere verloop van het verhaal want voorlopig liep hij er zomaar wat bij.
Angelo zuchtte: 'Weet je wat ik me begin af te vragen, Honoré? Of ik het wel ga volhouden en erger nog, of ik wel iets te zeggen heb. Ergo, wíl ik wel gelezen worden?'
'Allez gij, vanwaar ineens die twijfel? Ik herken je haast niet meer.'
'Het overviel mij toen jij onlangs over Kareltje begon, dat het ventje was afgekeken van Roger, je weet wel.' 
Ik wist het. Hij bedoelde die van Scheelogens.
'Het is maar dat ik dan hier en daar ook nog eens lees dat de opgevoerde spanningen en conflicten best wel herkenbaar mogen zijn, liefst zelfs, want dat bevordert de betrokkenheid bij de lezer. Maar terzelfdertijd moet je erover waken dat niemand zich persoonlijk geviseerd voelt. Een lastig evenwicht. Je kan wel namen, plaatsen en zo meer wijzigen, maar je blijft toch maar met die onzekerheid zitten. Er zou zomaar eens iemand onverwacht voor je neus staan, zwaaiend met een exemplaar van je eerste roman, en dreigen dat hij je een proces gaat aandoen voor laster of weet ik veel. Dat is pas een nachtmerrie.' 
Zat hij nu echt verveeld met het personage van Kareltje? 'Zou het zo'n vaart lopen, denk je? Dan zou de Amerikaanse president toch allang in slechte papieren moeten zitten? Zoals die iedereen schoffeert, met zijn dwaas getweet altijd.'
'Je zal wel gelijk hebben.'
'Misschien kan je de kwestie eens voorleggen aan een van die uitgevers? Heb je er al een gecontacteerd?'
'Nog niet, maar het lijkt me een goed idee. Ik zou er een kunnen aanschrijven en meteen vragen om een persoonlijk onderhoud. Wat denk je?'
'Doen! Een nee heb je, een ja kan je krijgen, wordt toch gezegd?'
'Ik zet mij vanavond nog aan het mailen.'


          We spraken af dat we elkaar binnen enkele dagen zouden terugzien in ons vertrouwde café op de dijk. Voor Angelo hoopte ik dat hij een verlossend antwoord zou krijgen op zijn vraag en voor mezelf dat het proeflezen bij een eenmalige karwei mocht blijven.

 

einde 05

(15/05/2020)